Spelenderwijs leren bridgen

De Nederlandse Bridge Bond adviseert Standaard Hoog als biedsysteem. Dit biedsysteem is ook bekend onder de naam ‘Berry 5’ van auteur en ex-wereldkampioen Berry Westra. 

Bestaande leermethodes sluiten helaas onvoldoende aan op de wijze waarop ik lesgeef. Daarom heb ik mijn eigen methode ontwikkeld om het alom geaccepteerde, moderne Vijfkaart Hoog systeem te leren.

In mijn methode Spelenderwijs leren bridgen stel ik de praktijk centraal: kaarten in de hand en zo snel mogelijk spelen.

Hieronder heb je de mogelijkheid om de informatie gratis toegezonden te krijgen. Inmiddels heb ik alle modules ook in boekvorm laten drukken. Deze boeken (ruim zestig pagina’s) kosten €17,50 exclusief verzendkosten.

Een gratis voorbeeld vind je hier.

Bridge is moeilijk, voor oude mensen en bovenal saai … drie vooroordelen die ik in Spelenderwijs leren bridgen ontkracht. Zelf heb ik als achtjarige thuis aan de eettafel leren bridgen van mijn. Het kunnen vasthouden van dertien kaarten in mijn kleine handjes was voldoende reden om mij te leren bridgen. Als bridge moeilijk is, hoe kan een achtjarige het dan leren? Als bridge voor oude mensen is, hoe konden mijn ouders mij dan als achtjarige leren bridgen? Als bridge saai is, wat zoek ik dan ruim vijftig jaar later nog steeds in die bridgewereld? De basisregels van bridge zijn relatief simpel. Mijn visie op het spel is om het spel vanuit deze simpele regels te leren. Maak het spel niet moeilijker dan het is en dan je aankan. Bridge kent een enorme. Als het spel je echt fascineert, dan kan je later altijd een aanvullende cursus volgen of je kennis via boeken en internet uitbreiden. Laten we eerst maar eens bij het begin beginnen. In dit eerste hoofdstuk van Spelenderwijs leren bridgen leer ik je StartersBridge. Een kaartspel dat bridge nauw benadert en in (minder dan) een paar uur te leren is.
1.1. Bridge in vogelvlucht
1.2. StartersBridge (ook: minibridge genoemd)
1.3. Hoe leer je spelenderwijs bridgen
Bij StartersBridge is het aantal punten dat je scoort afhankelijk van het aantal slagen dat de leider denkt te maken. Het is daarom belangrijk om het aantal te maken slagen zo nauwkeurig mogelijk in te schatten. Bij het echte bridge bepaal je tijdens het bieden hoeveel slagen je moet maken. Zodra de dummy opengaat, bepaal je of en vooral hoe je dit aantal denkt te maken. In dit hoofdstuk, Basistechnieken leer je hoe je als leider de weg naar het benodigde aantal slagen uitstippelt in een spel zonder troef en in een spel met troef. Verder besteden we aandacht aan uitkomen. Uitkomen is het voorspelen van de eerste kaart van het spel (door de tegenpartij), nog voordat de dummy open is. De tegenpartij zal alle moeite doen om het de leider zo lastig mogelijk te maken. We nemen alvast een voorproefje op het biedproces en behandelen de scoreberekening.
2.1. Spelen zonder troef (sans atout, SA)
2.2. Spelen met troef
2.3. Uitkomen
2.4. Het biedproces
2.5. De scoreberekening
In dit hoofdstuk beginnen we met ‘het echte bieden’. Tijdens het bieden overleg je in een codetaal met je partner welke speelsoort het meest aantrekkelijk is om te spelen en hoeveel punten je ongeveer samen hebt. Met ieder bod omschrijf je je hand nauwkeuriger en krijgt je partner aanvullende informatie om zijn verdere bieden op te baseren en de juiste beslissing te nemen. Aan de andere kant krijg jij steeds meer informatie over jouw partners hand. Deze informatie neem jij mee in jouw beslissingen en verdere bieden.
3.1. Het openingsbod
3.2. Bijbieden met fit
3.3. Zoeken naar een fit
3.4. De herbieding van de openaar
3.5. De herbieding van de bijbieder
Na in het vorige hoofdstuk steeds met 1-in-een-kleur geopend te hebben, nemen we in dit hoofdstuk de 1SA-opening onder de loep. Het vervolg na de 1SA-opening wijkt sterk af van wat we tot nu toe gewend zijn. We maken kennis met conventionele biedingen: een bieding die iets anders betekent dan je op het eerste oog zou verwachten.

4.1. Bieden na de 1SA opening
4.2. Jacoby
4.3. Stayman
Tot nu toe heb je steeds samen met je partner geboden. Als Noord-Zuid boden, pasten Oost-West en andersom. De praktijk is anders. In de praktijk kunnen alle spelers meebieden. Het biedproces wordt hierdoor meer diffuus en sommige biedingen zijn vooral bedoeld om het de tegenpartij lastig te maken, zonder zelf al te veel risico te lopen. Voorlopig beperken we ons tot het constructieve, competitieve bieden. Constructief bieden wil zeggen dat je biedt wat je denkt te kunnen maken.
5.1. Volgbiedingen
5.2. Het informatiedoublet
5.3. Iinformatiedoublet (bijzondere situaties)
Tot op heden heb je steeds geopend met 12 tot en met 19 punten. Een enkele keer komt het voor dat je meer dan 19 punten hebt. In dit hoofdstuk kijken we hoe je met dergelijk sterke handen omgaat.
6.1. Sterke openingen (SA)
6.2. Sterke openingen (kleur)
6.3. Slem bieden
Tot slot besteden we aandacht aan de zwakke openingen. Soms kan je met een lange kleur (minimaal zes kaarten) openen, ook al heb je minder dan 12 punten. In hoofdstuk 5 Competitief bieden: bieden met vier personen beperkten we ons tot constructief competitief bieden. In dit laatste hoofdstuk richten we ons op het bieden waarmee we het de tegenpartij extra moeilijk te maken, zonder zelf veel risico te lopen.
7.1. Zwakke Twee
7.2. De preëmptieve opening

De informatie in de verschillende modules en quizzen is uiteraard met grote zorgvuldigheid samengesteld en gecontroleerd door zowel collega-docenten als beginnende cursisten. Mocht je ondanks deze zorg en aandacht toch nog een onvolledigheid en/of onjuistheid ontdekken, neem dan contact met mij op. Vanzelfsprekend kan je ook bij mij terecht voor andere vragen en opmerkingen.

Al mijn opleidingen zijn afgestemd op het moderne en door de Nederlandse BridgeBond ontwikkelde en ondersteunde systeem Standaard Hoog, waarmee je over de gehele wereld terecht kunt. Uiteraard is het mogelijk om bij mij te leren bridgen volgens een ander systeem, mocht je dit wensen.

0
    0
    Winkelmand
    Je winkelmand is leeg